De voorbereidingen voor een intensieve samenwerking tussen de gemeente en WSD stammen uit 2015. ”Het college koos toen voor een doorontwikkeling van de buitendienst met de nadruk op verankering van de primaire taken als oog- en oorfunctie in dorp en wijk in de vorm van een sterke EHBO-functie, toezicht houden en een doorontwikkeling naar een Servicebedrijf,” vertelt Rob Braspenning. “De gemeente en WSD werken al heel lang samen. In die periode ontstond dan ook de vraag hoe WSD en de gemeente efficiënter kunnen samenwerken. Want het onderhouden van de openbare ruimte is één maar anderzijds is het maatschappelijk beheer (het verlenen van service naar en samenwerken met de inwoners van de gemeente Oirschot) minstens zo belangrijk. We zijn daarom toen al nauwer gaan samenwerken. Er is een wijkcontactpersoon ondergebracht bij de buitendienst van de gemeente waar inwoners terecht kunnen met ideeën, vragen, meldingen of klachten over hun fysieke leefomgeving. En aan de hand van overleggen aan het zogenaamde verbeterbord zijn verbeteringen in het reguliere werkproces doorgevoerd. Door deze veranderingen waren gemeente en WSD er van overtuigd dat een verdere samenwerking in het Servicebedrijf bijdraagt aan een mooi, schoon en veilig Oirschot.
Samen voor kwaliteit
De samenwerking moet de missie van Oirschot ondersteunen: Monumentaal, Ondernemend en Groen, daar voelt de MENS zich thuis. “De mens staat centraal,” vertelt Rob. “Inwoners, mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, onze medewerkers; we willen dat ze zich allemaal thuis voelen. Daarom zetten we de kracht van de medewerkers in en onderzoeken we wat inwoners kunnen en willen doen. Iedereen kan iets. Binnen het Servicebedrijf praten we dan ook over competenties en rollen; niet over harkjes en hiërarchieën. Want kwaliteit leveren is belangrijker dan functies. Daar werken we met elkaar aan. Dat is ons gemeenschappelijke doel. Zo zijn de gemeentelijke medewerkers en medewerkers van WSD onderdeel van het Servicebedrijf, waarbij de medewerkers respectievelijk in dienst blijven van de gemeente en van WSD.”
Inwoners betrokken
Doordat de gemeente gemeentelijke expertise en kwaliteit inbrengt kan het Servicebedrijf ook beter taken in het kader van de Participatiewet uitvoeren vanuit een breed dienstenpakket. Rob: “Met de inwoners kijken we hoe zij kunnen participeren in het samen schoon, heel en veilig houden van de omgeving. Het Servicebedrijf ondersteunt daar bij. Zo verbeteren we de samenwerking met de inwoners: het samen zorgen voor maatschappelijk beheer van de openbare ruimte. Verwachtingsmanagement is daarbij een hele belangrijke. De inwoner raakt meer betrokken maar zal ook goed moeten weten wat het Servicebedrijf wel en niet doet, en wat de opdracht van het Servicebedrijf is.”
Vorm geven in 2018
Het Servicebedrijf heeft 2018 benoemd als het jaar waarin de samenwerking verder vorm gegeven wordt. Rob: “We onderzoeken wat het beste bij WSD en het beste bij de gemeente past. We zijn een zelfstandig opererend Servicebedrijf en werken opdrachtgericht. Hoe gaan we de opdracht voor een schone, hele en veilige leefomgeving uitvoeren? Wat is de rol van de gemeente en van WSD? Waar ligt de grens van wat we zelf kunnen en waar we externen voor nodig hebben? Hoe gaan we om met marktpartijen? Hoe gaan we het Servicebedrijf verder vorm geven? Er zijn daarin verschillende scenario’s mogelijk. We oriënteren ons in de markt en gaan bij collega’s op bezoek. Uiteindelijk zal werken we in de tweede helft van 2018 een businessplan uit dat het Servicebedrijf aanbiedt aan de gemeenteraad.”
Duidelijkheid over de opdracht
Op 1 januari 2019 moet er duidelijkheid zijn over de opdracht van het Servicebedrijf. “Als dat lukt hebben we een hele grote slag geslagen,” lacht Rob. “Wat je nu bijvoorbeeld nog ziet is dat er veel klussen en opdrachten gegeven worden aan medewerkers van de gemeentelijke buitendienst met een mondelinge opdracht en dat de medewerkers die opdracht uitvoeren. Deze wijze van opdrachtverstrekking willen we straks niet meer. We willen kaders formuleren waarbinnen de opdracht uitgevoerd moet worden. Van opdrachten die anderen bij het Servicebedrijf neer willen leggen maken we een gezamenlijke opdracht. Zo moet duidelijk worden wat er van het Servicebedrijf verwacht wordt.”
Toekomstbeeld
Hoe het Servicebedrijf er uit komt te zien is nu dus nog de vraag maar Rob heeft daar een duidelijke visie op. ‘Ik zou het geweldig vinden als we van het Servicebedrijf een zelfstandig opererende organisatie kunnen maken die samen met medewerkers en inwoners aan de missie van de gemeente werkt. Het acteert als centraal aanspreekpunt voor de fysieke leefomgeving en werkt continu aan de kwaliteit. Het toekomstige Servicebedrijf levert een hoge kwaliteit en heeft een hoog service-level. Hoe mooi zou het zijn als we dat met elkaar kunnen bereiken!’